Uitgelicht: Werkgroep 2B over ‘21e eeuwse vaardigheden’
3
min. lezen
Om meer te laten zien van wat de werkgroepen binnen Techniektalenten allemaal doen, zetten we op z’n tijd een werkgroep in het zonnetje. Het is nu dan ook de beurt aan werkgroep 2B. De werkgroep waar Matthijs van Setten projectleider is. Met Karin van Oevelen spraken we over de bezigheden binnen de werkgroep, die gefocust zijn op het overbrengen van 21e eeuwse vaardigheden naar de leerling.

West-Brabant Midden

Op haar eigen school, het Markland College in Oudenbosch spraken we Karin. Ze is docent Engels en is sinds dit jaar aangesloten bij Techniektalenten. Karin is enthousiast in het werk dat binnen werkgroep 2B verzet wordt en steekt direct van wal: “We zijn met de werkgroep bezig met een inhaalslag. De 21e eeuwse vaardigheden zijn ontzettend belangrijk. Waarom zijn deze zo belangrijk? Wij weten natuurlijk niet wat voor beroepen er over dertig jaar zijn, want de wereld verandert zo snel. Er zijn gewoon heel veel beroepen waarvan we niet weten hoe die er over dertig jaar uitzien. Dus we moeten zorgen dat de leerlingen flexibel zijn. Klaar voor de toekomst.”

Mooie uitspraken natuurlijk maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Want wanneer ben je dan klaar voor de toekomst? Karin: “Wanneer je kunt schakelen. Als je kunt samenwerken met iemand. Als je met iemand een probleem kunt oplossen, ongeacht wat het probleem is. Als je kunt omdenken. Dat zijn allemaal zaken die werkgevers verwachten van toekomstige werknemers.”

“Vakkennis blijft heel belangrijk, dat staat als een paal boven water. Als jij een loodgieter laat komen wil je dat hij/zij gewoon de leidingen maakt. Het is alleen wel belangrijk dat hij/zij ook goed kan communiceren en indenken wat je als klant verwacht. Zelfreflectie is daarbij ook een belangrijk onderdeel. Er komt veel meer kijken dan alleen vakkennis. Dat alles samen maakt of je een goede arbeidskracht bent. We willen dus dat leerlingen niet stil blijven staan in hun ontwikkeling.”

Op de vraag of de naam 21e eeuwse vaardigheden suggereert dat dit vroeger minder belangrijk was is Karin duidelijk: “De wereld verandert nu veel sneller. Door technologie en situaties als corona zorgen er wel voor dat leerlingen veel minder sociaal zijn. Ze zijn veel meer op zichzelf gericht en werken ook haast niet meer samen. Leerlingen zitten naast elkaar maar sturen bij wijze van spreken liever een berichtje dan dat ze op dat moment gewoon communiceren. Daarom worden dat vaardigheden genoemd die voor de toekomst van de leerlingen heel belangrijk zijn. Daarbij was het vroeger minder relevant, als je maar een vakman was.”

Scholen weten vaak wel dat deze vaardigheden belangrijk zijn maar er wordt nog te weinig aan gewerkt. De term zingt al langer rond maar het wordt in het lesprogramma nog niet altijd toegepast. Werkgroep 2B heeft een presentatie gegeven aan de adviesraad over dit onderwerp. Van Oevelen laat hem met trots zien. Vanuit de adviesraad haalt de werkgroep weer input wat de bedrijven juist belangrijke vaardigheden vinden. Op die manier helpt de werkgroep leerlingen gericht te werken aan vaardigheden die de bedrijven graag willen zien bij een toekomstige werknemer.

Karin: “Zaken die vijftien jaar geleden nog niet of nauwelijks aan de orde waren, zijn dat nu wel. Appen, online vergaderen bijvoorbeeld. Traditionele beroepen verdwijnen steeds meer door de komst van robots en doordat veel wordt geautomatiseerd. De veranderingen gaan zo snel dat het zelfs per decennia al anders is. Toch gebruiken we de algemene term ‘21e eeuwse vaardigheden’. ”

“We zoeken tegenwoordig dus eigenlijk werknemers die alles kunnen, het complete plaatje”, zegt Karin. “Communicatie is dus bijvoorbeeld heel belangrijk. Inschatten wat de ander verwacht van je. Creatief denken, onderzoekende houding aannemen, oplossingen vinden. Allemaal voorbeelden van termen die werkgevers tegenwoordig roepen en als eis stellen bij de beoordeling van werknemers.“

Als ze begint te vertellen over het doel van de werkgroep en hetgeen zij opleveren, wordt duidelijk dat er veel werk verzet wordt binnen werkgroep 2B. “Het gaat er om dat leerlingen zelf de energie stoppen in het leren van deze vaardigheden. Een docent kan dat er niet zomaar in stoppen. Daar moet een leerling dus zelf ook in willen investeren” vertelt Karin.

“Binnen Techniektalenten werken we met gradaties waarin docenten kunnen aangeven waar de leerling staat. De leerling weet op die manier wat er nog moet gebeuren om de hoogste ‘trede’ bereiken. Het laatste stadia is het punt waarop de leerling een probleem of situatie erkent en herkent. Daarnaast weet de leerling aan te geven wat eventuele oplossingen zouden zijn en wat de beste oplossingen voor wie is. Een docent kan de leerling dan meegeven dat hij of zij bijvoorbeeld op zilver staat, maar dat het dus mooi zou zijn als de leerling goud probeert te worden. Zonder de leerlingen daar op af te rekenen. We geven er ook geen cijfer aan, we willen alleen dat de leerlingen een groei doormaken. Situatie gericht, bijvoorbeeld bij projecten die op school lopen.”

Om de docent te leren hoe dit werkt, ontwikkelt de werkgroep nu ook workshops. Deze kan de docent geven maar de leerling kan hier ook zelf mee aan de slag gaan. De eerste keer zal de hulp van een docent wel nodig zijn maar sommige workshops kan de leerling gewoon zelf doen. “We zitten nu in de fase dat de workshops nog in de steigers staan.”

Binnen de werkgroep 2B richten de leden zich op verschillende aspecten van de vaardigheden. Zij specialiseren zich op een specifiek onderwerp. ICT-vaardigheden en mediawijsheid, creatief denken of zelfregulering bijvoorbeeld. Zij ontwikkelen een opdracht dat in een ander project binnen het lesprogramma toegepast kan worden. Het heeft niet precies te maken met bepaalde vakken, het is op meerdere vlakken toepasbaar voor de docent. Karin: “De werkgroep is dus vooral veel aan het doen, we ontwikkelen veel. We moeten daarnaast wel veel input hebben van bedrijven, als hulp bij het ontwikkelen.”

Over de werkgroep zelf is ze duidelijk: “Het is een hele fijne groep! Er wordt gezegd wat gezegd moet worden maar vooral veel gedaan. Er zit best wel vaart in maar we zijn ook allemaal druk. Daarom duurt het ontwikkelen langer. Binnen de groep zit vooral heel veel kennis en het komt goed overeen met elkaar. Er wordt goed gepraat maar er zijn geen ellenlange discussies.”

Het doel voor Karin is duidelijk. Dit jaar willen ze de workshops af hebben. “Volgend jaar kunnen ze dan geïmplementeerd en uitgevoerd worden. Dat is het doel voor nu.”

Meer informatie
Contact BW
Contact WBM
created by Bigbooom